vrijdag 16 oktober 2009

Tumult rond Tosca aan de Met houdt aan.

Het geboe naar aanleiding van Luc Bondy’s Tosca –uitzonderlijk voor de Met naar het schijnt- blijft aanhouden, zo lees ik in de pers. Dat hangt serieus mijn botten uit. De achterlijke theatersmaak van grote delen van het Amerikaanse publiek is de laatste 25 jaar niet meegeëvolueerd. Precies zolang heeft het imperium van Franco Zeffirelli geduurd. Wellicht nog langer want zijn oudbakken producties zijn met geen stokken aan de deur te krijgen. Amerikanen willen hun geld bevestigd zien in overdadige, nietszeggende decors, geen hoertjes in het Palazzo Farnese maar kaarsen en een kruis rond het zieltogende corpus van de machtigste man van Rome. Dat Luc Bondy een uitstekende acteursregie heeft laten zien waarbij alle personages aan dramatische waarachtigheid wonnen, is hun warempel ontgaan. Bij de live-transmissie van afgelopen zaterdag kwam Bondy niet op het podium, allicht op vraag van de directie om een boeconcert voor de camera’s te vermijden. In de kranten noemde Zeffirelli Bondy een derderangsregisseur die elk respect voor Puccini mist. Bondy noemde de verwaande advocaat van Puccini op zijn beurt dan maar “de tweede assistent van Visconti”. Wat is er zieliger dan een oude vent die niet kan aanvaarden dat zijn tijd van gaan is gekomen? In Bayreuth hebben ze daar ervaring mee.
Er was helemaal niets mis met deze enscenering van Bondy, sterker nog er is nooit iets mis met het werk van Bondy, wel integendeel! Het geflirt van de geliefden in het eerste bedrijf was overtuigend, het kussen van de engel door een opgewonden Scarpia (‘Tosca, mi fai dimenticare Iddio!’) was beresterk, de hoertjes in het tweede bedrijf markeerden de decadente staat van Rome’s machtswellusteling beter dan wat dan ook. Peduzzi’s obsessie met bakstenen muren was ook hier aan de orde maar opnieuw vervuld van een indringende poëzie.
Je houdt het niet voor mogelijk wat sommige kranten hierover allemaal durven te schrijven. Meteen moet je Peter Gelb prijzen voor zijn moed om de zaken een beetje vooruit te helpen. Als Gelbs geldschieters allemaal de broek laten zakken voor Zeffirelli dan wordt dit magnifieke project (de live transmissies) in zijn artistieke ambities weer aanzienlijk gefnuikt door de kortzichtigheid van een reactionaire minderheid.
Volgende week zaterdag kan je in Kinepolis het andere uiterste zien met Zeffirelli’s Aida. Alles wat operaminnend Amerika vorige zaterdag gemist heeft zal daar te zien zijn. Hetgeen ze niet hebben willen zien zal daar afwezig zijn. Geen enkele Amerikaan die dat zal opmerken. Ik overweeg om zaterdag boe te roepen.

Geen opmerkingen: