donderdag 18 november 2010

Waarom Wagner een vegetariër was

Ook dit jaar waren de protesten tegen de barbarij op het islamitische offerfeest miniem.

Milieubewustzijn en dierenwelzijn: het blijft iets oneigenlijk en marginaal in ons dagdagelijks universum. Interesseert het de doorsnee Vlaming niet dat een dier afziet? Toch wel, we hebben huisdieren, troetelbeesten, de hond mag nog eerder op de sofa dan oma, en vele oudjes sparen zich het eten uit de mond om de poes met Sheba-blikjes te verwennen. Er is anderzijds natuurlijk wel het algemene slachthuizennegationisme: we willen niet weten waar die kippenbout op ons bord vandaan komt. En wie het wel al gezien heeft, maakt veel kans om zich tot het vegetarisme te bekeren. Walgelijke praktijken, kalveren in kisten, legkippen die leven op de ruimte van een A4-velletje. De sensibilisering rond dierenwelzijn, als universele empathie en respect voor het leven, komt in elk geval niet op gang. En daarvoor mogen, vreemd genoeg, de Vlaamse Groenen met de vinger gewezen worden: in het huidige politieke landschap worden zij gepercipieerd als wereldvreemde Al Gore-adepten die voortdurend met het kijvend vingertje klaar staan, terwijl ze zelf meestal uit een sociaal-geprivilegieerde omgeving komen. Echte bobo’s dus. Dat straalt negatief af op het ecologisch bewustwordingsproces (“klimaatverandering? Larie!”) en dus ook op de daaraan verwante thema’s zoals dierenwelzijn. Ik spreek met opzet niet over dierenrechten, want rechten worden aan mensen toegekend. Je leert kinderen om spinnen niét dood te trappen, niet omdat die beesten “rechten” hebben, maar gewoonweg omdat dieren ook pijn voelen, en er zoiets is als een verbondenheid bestaat met alle levende wezens, buiten de utilitaire horizon van de vleeseter. Dat inzicht hebben we o.m. te danken aan de Engelse filosoof Jeremy Bentham (1748-1832).

In het essay “Kreeft op zijn Japanees”, geschreven na een etentje bij de Japanner waar ze levende kreeften middendoor sneden en op een gloeiende plaat gooiden terwijl de beesten nog minuten lang kronkelden, tot groot plezier van de gasten, heb ik dat gebrek aan fundamenteel mede-lijden vastgesteld en antropologisch omkaderd. De vleeseter wil macht demonstreren en zijn heerschappij over de natuur ritueel bezegelen. Terwijl tal van grote sportlui nauwelijks vlees eten, fysiek hebben we het niet nodig. Maar goed, de Groene beweging, en zeker de partijpolitieke fractie ervan, is veeleer spelbreker dan katalysator geweest in dat bewustwordingsproces. Het Agalev van Pater Versteylen, ontstaan in de laten jaren ’70 van vorige eeuw, was nog een echte activistische formatie met een Christelijk-fundamentalistische inspiratie. Maar onder impuls van Mieke Vogels en Jos Geysels werd die spirituele dimensie afgedempt. De partij werd een strak geleide machine die weinig tendensrecht, laat staan dissidentie, gedoogde. De sympathiek-alternatieve, enigszins anarchistische anti-establishmentkantjes werden er afgevijld. Voor ideologische zijsprongen naar meer enthousiasmerende verhalen rond levenskwaliteit, gezondheid, onthaasting, harmonie met de natuur, collectief identiteitsbesef, was geen plaats meer: allemaal te veel buik en onderbuik.

“De sensibilisering rond dierenwelzijn, als universele empathie en respect voor het leven, komt in elk geval niet op gang. En daarvoor mogen we de Vlaamse Groenen met de vinger wijzen…”

Vooral Jos Geysels was en is een extreme ideeënagent, op het Stalinistische af. Hij is de bedenker van het cordon sanitaire, waarmee het politieke establishment zich van een lastige outsider probeerde te ontdoen,- een aanfluiting van elk elementair democratisch fatsoen. Hij was ook jarenland voorzitter van boek.be, organisator van de Antwerpse Boekenbeurs waar bepaalde uitgeverijen van rechtse signatuur nog altijd geweerd worden. Binnen het toenmalige Agalev was Geysels een fervent tegenstander van de zgn. basisdemocratie, veegde het cumulverbod aan zijn laars, en duwde hij er een strakke, verticale partijhiërarchie door. Opgeruimd staat netjes.

Geysels is de belichaming van een kil, bureaucratisch ecologisme dat zich vooral op de bovenbouw toelegt, de wetgeving, de regels, en niet op het Volksempfinden, zeg maar het gevoel van de dame met haar 19 katten. De partij hield zich voor de rest strikt aan de normen van de modieus-linkse political correctness, verdedigde bovendien een neo-Belgicistisch discours, kreeg het etiket van regelnevenpartij, en miste zo de Vlaamse grondstroom compleet. Groen! Is vandaag, met zijn schamele 7%, een echte establishmentpartij.

It ’s monotheism, you stupid

Het is dan ook niet te verwonderen dat de relatie tussen politiek-groen en Gaia (Global Action in the Interest of Animals) op zijn zachtst gezegd nogal dubbelzinnig is. De Groenen lusten filosoof Michel Vandenbosch niet. Zijn visie is veel te radicaal en anti-establishment. Enkele jaren geleden kreeg hij een pak rammel van veehandelaars op de markt van Anderlecht, terwijl rijkswachters er lachend stonden op te kijken. De NMBS en de Brusselse Metro weigeren zijn (betaalde) affichecampagnes rond de productie van foie gras, omdat de beelden te choquerend zijn: het politieke establishment en de marketeers willen geen onrust rond dierenleed, zeker niet met Kerstmis.

Evenmin is hij voor het klassieke links-progressieve gat te vangen, het paarse gezemel dat we zo beu waren: in tegenstelling tot de Groenen zit er in zijn missie wél een buikgevoel. De naam van zijn organisatie verwijst namelijk ook naar de Griekse oermoeder Gaia, de aardegodin die eigenlijk veel ouder is dan de klassiek-Griekse mythologie, en die vrijwel in alle culturen onder allerlei benamingen voorkomt. Isis is het Egyptische equivalent. Vóór Mohammed in Mekka toesloeg was ze trouwens ook aanwezig om en rond de Ka’ba, en gedenatureerd en ontsexualiseerd komt ze zelfs terug in de Christelijke Maria-figuur. Zij is de vergoddelijking van alle empathische en natuurreligieuze waarden die we vandaag seculier vermommen als mensen- of dierenrechten.

In de jaren ’60 van vorige eeuw introduceerde ene James Lovelock (en niet Lovecock, zoals hij door zijn critici spottend wordt genoemd) zelfs de Gaia-hypothese, een wetenschappelijk model dat de wisselwerking tussen alle elementen in de biosfeer en de aarde zelf als één groot vitaal-zelfregelend gebeuren beschouwt. In dat perspectief is de mens één deeltje van dat groot lichaam, dat vandaag de dag evenwel de neiging heeft om zich cancerogeen te gedragen, gericht op de vernietiging van het weefsel. We moeten dus terug landen, aarde worden. In wezen is deze Gaia-revival schatplichtig aan filosofen zoals Friedrich Nietzsche, wiens Zarathustra eveneens de ultieme bestemming van de mens in organische relatie met de aarde en het hier-en-nu zag (“Bleibt der Erde treu!”). Voor Lovelock, door de Flower Power beïnvloed, liep het eerder op een madeliefjesdans uit (Daisyworld),- een overigens correcte theorie die vaststelt dat lichtgekleurde madeliefjes vooral in de zomer voorkomen om meer zonnelicht en warmte terug te kaatsen, en de donkergekleurde in voor- en najaar om meer licht vast te houden. Zo zouden zij helpen om de atmosferische temperatuur te stabiliseren en de aarde tegen opwarming te behoeden: alles werkt met alles samen in één grote keten van het behoud. Immanente rechtvaardigheid, om het met André Léonard te zeggen…

“De Moslimexecutieve, die meer en meer de allures krijgt van een parallel overheidsorganisme, levert ook de slagers… die alleen maar enkele koranverzen hoeven van buiten te kennen. Er wordt dus nogal wat op los gekerfd door deze dilletanten.”

Dit aards-sacrale karakter van het ecologisme is voor de groenen een taboe, want de aarde ruikt voor hen naar stront, carnaval, en het fascisme, en het zou maar eens de monotheïstische gevoeligheden van de geïnstitutionaliseerde godsdiensten (jodendom, christendom én islam) kunnen verstoren. Bovendien is Gaia in wezen een conservatief concept, gericht op behoud, evenwicht en zelfregulering, niet op expansie en maakbaarheid. Ook over dat monotheïsme in onze geïnstitutionaliseerd-bureaucratische brave new world heb ik al grote bomen opgezet. In wezen gaat het terug op de oertiran Mozes, die met de veelgoderij en de natuurreligie korte metten maakte, omdat het zijn politieke beheersingsstrategie in de weg stond. Vandaar de stenen tafelen, de oervorm van het politiek-correcte denken. Het brein van Jos Geysels is monotheïstisch, vertikaal en exclusief. Mozaïsch zelfs. Het “offert” dingen en mensen op aan de Goede Zaak, het elimineert, verdringt, purifieert. Het ideologiseert en transcendeert, op zo’n manier dat de essentie van het leven zelf verloren gaat. In mijn ogen is het zelf een soort fascisme (men spreekt dan van “eco-fascisme”) al zal Jos daar niet mee akkoord gaan.

Het mag ons dus niet verwonderen dat groen-links geen kik gaf n.a.v. het jaarlijkse Offerfeest van de moslims, gisteren, 16 november: het multiculturele dogma is blijkbaar belangrijker dan het protest tegen deze barbarij. Het gaat er nochtans bloederig aan toe. De keel van het onverdoofde schaap wordt overgesneden, waarna men het spartelende dier laat leegbloeden op de grond. De Moslimexecutieve, die meer en meer de allures krijgt van een parallel overheidsorganisme (dat in een later stadium ook de sharia mag toepassen?) levert ook de slagers… die alleen maar enkele koranverzen hoeven van buiten te kennen. Er wordt dus nogal wat op los gekerfd door deze dilletanten.

Het is integendeel de erfvijand van Groen, het Vlaams Belang, dat actie voert tegen de onverdoofde slachtingen, maar dan wel alleen als het over moslims gaat, want de barbarij bestaat ook in onze “Christelijke” slachthuizen. Ook de zgn. rechterzijde, waar zelfs de anti-abortus-beweging nog actief is in naam van het “respect voor het leven”, deelt in de onverschilligheid als het over andere levende wezens gaat. Terwijl nu juist dat heidens naturalisme, met een lichte matriarchale toets, gefundenes Fressen zou kunnen zijn voor een partij die zich rechts-conservatief opstelt.

Moeten we nu in sneltempo tempels oprichten voor Gaia of Isis? Neen, natuurlijk niet. Wel laat de ontkerstening van het Avondland een lacune, en hebben we nood aan nieuwe vormen van spiritualiteit en zingeving. Anders staan we binnen de kortste keren zelf schapen te kelen in naam van Allah. Er is beslist zelfs een electorale markt voor een groen-rechtse gelukspartij, gefocust op levenskwaliteit, natuurlijk evenwicht en spiritualiteit, maar men gaat er achteloos aan voorbij. In Nederland bestaat er wel een Partij voor de Dieren (PvdD) onder leiding van de schone Marianne Louise Thieme, maar zo’n one-issue-partij doet geen recht aan de veel bredere Gaia-onderstroom. Een groot deel van de afkeer tegen politici, techneuten, overgesubsidieerde cultuur, bureaucratie, commerce, etc valt nochtans in die bedding: een zoektocht naar zuiverheid en autenticiteit, het helende, een rechtzetting van wat krom is, terug naar “the real thing”. Geert Wilders zit er iets dichter op, en wil dierenwelzijn in de grondwet opnemen, maar zijn roep naar meer autowegen en de opheffing van het rookverbod in de horeca is dan weer wansmakelijk.

Gaia blijft dus politiek dakloos en maatschappelijk eenzaam, en Vandenbosch krijgt alleen maar muilperen op zijn toch al scheve smoel. Misschien moet hij wat harder worden, militanter, semi-illegaal, meer Greenpeace. Daar ligt, ben ik zeker van, de toekomst van het nieuwe burgerverzet. Een Gaea met de deegrol dus, een Dulle Griet misschien zelfs. Daar hebben we zelfs meteen een oer-Vlaams ikoon, een vrouw met meer ballen dan Neleke op de schoorsteen.

Voor Wagner was deze vrouw, als wereld-verlossend element, das Ewig Weibliche, bijna een obsessie. Niet voor niets stierf hij in Venetië, werkend aan een essay, getiteld, "Das Weibliche in der Kultur."

Johan Sanctorum

www.visionair-belgie.be


donderdag 11 november 2010

Opera op het Witte Doek : Elektra in Cinema Zuid


Bij Opus Arte verscheen zopas een dvd/blu ray van Elektra uit Baden-Baden, opgenomen in januari van dit jaar in het kader van de Winterfestspiele. Net zoals bij "Der Rosenkavalier" vorig jaar had men in Baden-Baden het uitstekende idee om de ondertussen reeds 13-jaar oude productie van Herbert Wernicke uit München opnieuw in te studeren. Vanzelfsprekend werd ook dit keer de muzikale leiding in handen gegeven van Strauss-specialist Christian Thielemann...

Het is alsof twee dramaturgen wedijveren voor het spannendste resultaat : Herbert Wernicke op de scène en Christian Thielemann in de orkestbak. Thielemann brengt de grandioze moderniteit van Strauss' lyrisch-broeierige en explosieve partituur haarscherp naar de oppervlakte. Wernicke concentreert zich op de naakte essentie, zweert bij de kleuren zwart en bloedrood en huldigt het maxime : "Nichts passiert, aber das mit Spannung".

Linda Watson stelt niet teleur in haar roldebuut als Elektra. Jane Henschel is fenomenaal als Klythämnestra: de koele, berekende psychopate die ze neerzet is uiterst gedifferentieerd, zowel in voordracht als mimiek. De jeugdig stralende sopraan van Manuela Uhl is een ware ontdekking.

Wij vertonen deze productie in Cinema Zuid op 05 februari 2011.



BLU RAY
Amazon UK (Beste koop)
Amazon DE
Amazon FR

DVD
Amazon UK (Beste koop)
Amazon DE
Amazon FR

maandag 1 november 2010

Een kolossale nachtegaal strijkt neer in Cinema Zuid : Opera op het Witte Doek met "Les Troyens"

Was de Parijse integrale van "Les Troyens" niet het mooiste cadeau dat de jarige Berlioz zich in 2003 had kunnen dromen? 134 jaar na zijn dood, stond zijn levenswerk eindelijk op de planken van een Parijs theater.

De compositie van “Les Troyens” hield Berlioz aan zijn schrijftafel gekluisterd van 1856 tot 1858. Het kostte hem de grootste inspanning uit zijn carrière. Berlioz was zich bewust van de grootschaligheid van het werk en jarenlang heeft hij geaarzeld om zijn ideeën aan het papier toe te vertrouwen. Dat het werk door de Parijzenaars niet zou worden begrepen en in erbarmelijke omstandigheden zou worden opgevoerd, daar twijfelde hij nauwelijks aan. Eens voltooid zou het hem de bitterste ontgoocheling van zijn leven opleveren. Na het mislukken van zijn "Benvenuto Cellini" in 1838 bleven de deuren van de Parijse Opera voor goed voor hem gesloten en in 1863 moest hij genoegen nemen met een zwaar gemutileerde uitvoering van zijn Troyens in het Parijse Théâtre Lyrique. Enkel het tweede deel, “ Les Troyens à Carthage” werd uitgevoerd, de eerste integrale uitvoering zou pas in 1890 het licht zien in het Duitse Karlsruhe onder leiding van Felix Mottl.

De weerzin van de Franse smaak ten aanzien van het oeuvre van de ‘kolossale nachtegaal’ – een bijnaam van Heinrich Heine- heeft nog lang nagewerkt. Lang voor “Les Troyens” in de Franse theaters met enige regelmaat te zien was, vielen er opmerkelijke producties te signaleren in Engeland, Duitsland, Rusland en zelfs in de Verenigde Staten. De eerste integrale plaatopname die het werk voorgoed in het repertoire deed belanden, ontstond onder Colin Davis, een Engelsman. De biografen van Berlioz zijn allen Engelsen, de kritische editie van zijn werken verschijnt bij het Duitse Bärenreiter. In Lyon werd einde jaren negentig een Berlioz Festival zonder veel omhaal afgeblazen door een burgemeester met een afwijkende muzikale smaak. In 2003 weigerde het Parijse Musée des Instruments om de door Berlioz voorgeschreven saxhoorns uit te lenen aan John Eliot Gardiner voor de herinstudering van het werk in het Théâtre du Châtelet. En op 21 juni 2003, de dag van La fête de la Musique, zouden de oude knoken van de meester, op de tonen van zijn “Symphonie funèbre et triomphale” naar het schrijn van Frankrijks nationale helden, het Panthéon, worden overgebracht. Althans zo had Jacques Chirac beloofd, maar in februari van datzelfde jaar liet het Elysée weten dat de overdracht niet zou doorgaan. Van het Elysée werd sindsdien niets meer vernomen.

Het belangrijkste evenement ontstaan in het kader van de tweehonderdste verjaardag van Hector Berlioz was ongetwijfeld de nieuwe productie van “Les Troyens” in het Théâtre du Châtelet in Parijs op 11 oktober 2003. John Eliot Gardiner leidde zijn manschappen van het Orchestre Révolutionnaire et Romantique en het Monteverdi Choir doorheen de meest integrale versie denkbaar, uiteraard op periodeinstrumenten, compleet met de door Berlioz voorgeschreven saxhoorns. Gardiner koos voor een niet-romantische interpretatie, sleurde Berlioz weg bij de Grand Opéra van Meyerbeer en bracht hem dichter bij Gluck. Dat betekende ondermeer: geen Wagnersopranen voor Cassandre en Didon en vooral geen heldentenor voor Enée. Nooit hoeft iemand de stem te forceren, alles is afgestemd op de klankschoonheid van de voordracht en de buitenaardse klankkleur van het Orchestre Révolutionnaire et Romantique. Het is een artistieke keuze die op het einde van de rit een zeer homogene indruk achterlaat, binnen het kader van een dwingende en zeer geslaagde muzikale dramaturgie.

Yannis Kokkos voorzag het werk van een tijdloos raamwerk maar toont zich daarin meer scenograaf dan regisseur. Het lukt hem enkele mooie dromerige beelden op te roepen en geslaagde effecten te realiseren met spiegels, maar het blijft tenslotte een tamme enscenering waarin vooral de zwakke choreografieën in ongunstige zin opvallen.
Anna Caterina Antonacci heeft het formaat van een Griekse tragédienne en speelt Cassandre met een beangstigende intensiteit. Susan Graham vertolkt Didon met de overgave maar ook met de afstandelijkheid van een Gluckse heldin. Gregory Kunde levert het bewijs dat je geen Jon Vickers hoeft te zijn voor Enée.
Het dubbelkoor presteert voortreffelijk in de hymne “Dieux Protecteurs” en in het muzikale hoogtepunt van het eerste deel : “Châtiment effroyable”. De “Chasse Royale” is het opwindende orchestrale hoogtepunt van deel 2, het beroemde duet "Nuits d’ivresse et d’extase infinie" het vocale hoogtepunt, doordrongen van een brandende sensualiteit.

Wij vertonen deze productie in Cinema Zuid op de volgende data:

Deel 1 : La prise de Troie op 23 april 2011
Deel 2 : Les Troyens à Carthage op 07 mei 2011

Hebzucht in de opera : deel 3


Royal Opera Covent Garden is onder vuur komen te liggen nu dat bekend is geworden dat chief executive Tony Hall en muziekdirecteur Antonio Pappano jaarlijks respectievelijk £390.000 en £630.000 aan salaris opstrijken.
Gaat deze cultuur van "fat cats" nu ook overwaaien van de financiële wereld naar de culturele elite? Een elite die toch wel goed moet beseffen dat ze op een kunstmatige manier door publieke middelen in stand wordt gehouden ?

René Pape trekt zich terug uit de Scala-Ring

Het zal niemand ontgaan zijn dat René Pape zich niet bijzonder goed voelde als Wotan in "Das Rheingold". In Boris Godunov, de rol waarmee hij momenteel in de Metropolitan staat, investeert hij duidelijk veel meer van zichzelf. Pape trekt zich nu terug uit de Milanese Walküre, zo bericht The New York Times. De officiële reden is dat hij aan rust toe zou zijn. Heeft Guy Cassiers een te druk repetitieschema gevorderd? Dat hij problemen zou hebben met de productie van Guy Cassiers lijkt in eerste instantie niet aan de orde aangezien hij de Walküre-Wotan zal hernemen op 17 april in Berlijn. Maar voor "Das Rheingold" liet hij zich vorige maand in Berlijn ook al vervangen door Hanno Müller-Brachmann.

Pape's vervanger in Milaan wordt Vitalij Kowalkow. Kowalkow zong Wotan in de Achim Freyer-Ring van Los Angeles.

NASCHRIFT:
Zoals verwacht werd de Berlijnse productie van "Das Rheingold" in de Duitse pers zeer lauw onthaald. Hallo, Guy Cassiers?