zondag 30 juni 2013

DIE WALKÜRE : Tussen perfectie en ontgoocheling

Tussen november 2011 en april 2012 werd in de concertzaal van het Mariinskytheater in Sint-Petersburg Die Walküre opgenomen. Die opname is enkele maanden geleden verschenen op het label van het theater, en wij hebben ze voor u beluisterd.

De release van een opera onder leiding van Valery Gergiev is altijd iets om naar uit te kijken. Er zijn een aantal opnames onder zijn leiding op de markt die je voor geen geld zou willen missen; zeker Russische muziek is bij Gergiev in bijzonder goede handen. Dus zeer benieuwd naar zijn Wagnerinterpretatie.

Het eerste waar een mens in zo’n geval naar kijkt, is uiteraard de keuze van de zangers. Sommige namen waren mij bekend; enkele ook niet. De grote magneten op deze box zijn Nina Stemme in de titelrol, Jonas Kaufmann als Siegmund, René Pape als Wotan en Anja Kampe als Sieglinde. En daar zijn enkele absolute voltreffers bij.

Ik heb Nina Stemme kort na de periode van deze opname in Götterdämmerung gehoord in München, en ik was toen zéér onder de indruk. Na beluistering van haar Walküre ben ik dat zo mogelijk nog meer. Er zijn een paar momenten in een mensenleven waarin je de illusie gaat koesteren dat de perfectie wél kan. Welnu, hier is ze. Wat Nina Stemme in deze opname neerzet kan niet beter: de stem is van een vloeibaar goud, homogeen van onder tot boven, zowel krachtig om naar adem te doen happen als verfijnd; ik krijg daar technisch geen speld tussen. Dergelijke soevereine beheersing is bijzonder zeldzaam. Maar ze is vereeuwigd.

Haar collega’s laten zich meestal ook van hun allerbeste kant horen. Anja Kampe heeft niet dezelfde rijpheid, maar zingt erg gaaf en overtuigt met gemak in de rol. Jonas Kaufmann is zijn eigen spetterende zelf – de rol van Siegmund is hem op het lijf geschreven. Het Wälsungenblut bloeit hier met de voor Kaufmann zo typische kleur en stamina.

Een aangename kennismaking is Ekaterina Gubanova als Fricka. Ze mag van mij beslist nog een eindweegs verder groeien in deze rol, maar als zangeres is ze nu al van wereldklasse. René Pape hoeven we niet meer voor te stellen, maar ik was toch erg benieuwd naar zijn Wotan. En ik ben niet onverdeeld gelukkig. Pape is geen heldenbariton (Wagner heeft het over “Hohe Bass”). Zijn warmte en invulling zijn schitterend in medium en laagte; hij bewijst opnieuw een authentiek artiest te zijn. Als interpreet kan hij deze figuur waarmaken als weinigen. Maar de vereisten van de tessituur spelen hem parten. Hij heeft hoorbaar moeite met de hogere regionen van deze veeleisende partij, waar zijn stem haar kleur verliest en hij zijn toevlucht moet nemen tot genepen-keeltoestanden. Wat eigenlijk niet eens hoeft; ik kan niet anders dan vaststellen dat Pape de techniek van de dekking boven de passage niet echt onder de knie heeft. Jammer.

En hoe meer we afdalen, hoe jammerder. De Hunding van Mikhail Petrenko is ronduit ontgoochelend. Ik zou kunnen samenvatten met te stellen dat de kwaliteiten die van Nina Stemme een fenomeen maken, bij hem precies ontbreken: zijn stemmateriaal is absoluut voldoende waardevol, maar de technische beheersing laat zwaar te wensen. Het mengsel van borst- en kopstem lijkt louter op toeval te berusten, de kleur is dan ook enigszins onvoorspelbaar, er is geen tastbare focus aanwezig, en dus geen echt metaal, geen kern, noch een sluitende interpretatie. Zijn tussenkomst aan het slot van het tweede bedrijf is zelfs gênant. Deze zanger heeft stem genoeg, maar een bijzonder zwakke techniek.

De acht zussen van Brünnhilde voldoen. Je kan ze niet allemaal in detail beoordelen; er treedt echter nergens een storend element op, en de momenten van groepszang zijn indrukwekkend.
Wat dan gezegd van Gergiev en zijn troep? Ik heb reeds gavere interpretaties van hem gehoord. Er zijn passages die naar de keel grijpen, zo mooi gedetailleerd, in het bijzonder in de solostrijkerspartijen. Ook het zwaar koper klinkt zeer homogeen en beheerst.
Laat dat laatste nu echter precies ook een zwakte van deze release uitmaken. Ik heb de indruk dat Gergiev hier een beetje slachtoffer is van zijn eigen controledrang. Het geheel heeft soms de neiging té gepolijst en risicoloos te klinken, en er vallen duidelijk gaten in de spanning. Hij creëert op die manier geen echte meerwaarde ten opzichte van oudere opnames van bijvoorbeeld Leinsdorf of Solti.
Niettemin is deze Walküre het beluisteren zeker waard. De opnamekwaliteit is zeer goed, en het cd-boekje goed gestoffeerd.

Johan Uytterschaut

Geen opmerkingen: