vrijdag 14 februari 2014
Kasper Holtens Don Giovanni in Londen
GONE WITH THE WIND
Hevige wind boven het Britse eiland dreigde de live transmissie vanuit Londen te verstoren, zo liet Bryn Terfel, gastheer van dienst in ROH Covent Garden, ons woensdagavond op voorhand weten. Toen ik om kwart over acht een smsje uit het vaderland ontving met de teleurstellende boodschap dat de relay in cinema Utopolis was geannuleerd, was ik enigszins verbaasd. In Stuttgart, waar ik de voorstelling bijwoonde, verliep immers alles vlekkeloos. Er was zelfs geen enkele microcoupure te horen in de klank. Hadden de weergoden het dramma giocoso naar Duitsland geblazen?
Kasper Holten had zijn team dit keer versterkt met de geweldige scenografe Es Devlin en met niemand minder als Luke Hall, videokunstenaar en verantwoordelijk voor de shows van U2 en de London Olympics van 2012. De samenwerking resulteerde in een scenografisch innovatieve voorstelling die niet alleen mooi tred hield met Kasper Holtens onalledaagse lezing van het stuk maar deze ook constant bevleugelde. Ook de casting was vrijwel perfect zodat er sprake kon zijn van een grote opera-avond in Londen. Anders uitgedrukt : bravo, bravo, archibravo!
Es Devlin had een om zijn as roterende kubus ter beschikking gesteld, een Escher-achtig palazzo van 2 verdiepingen hoog met talloze trappen en deuren. Het gebouw werd op zijn beurt opgeleukt met de videobeelden van Hall, meestal niet meer dan abstracte decoratieve kleurvlakken; soms verschenen er honderden vrouwennamen uit Leporello’s catalogus. Het meest leek het op de videokunst van William Kentridge. Het bijzondere daaraan was dat het lijnenspel van de video zo goed als nooit te zien was op de kostuums van de acteurs, hetgeen ik deels kan verklaren door de volgspot waarin zij opereerden. Sterker nog, tijdens de veelvuldige rotaties van het palazzo draaide het daarop geprojecteerde beeld gewoon mee, een huzarenstukje waarvan ik nog steeds niet begrijp hoe ze het voor mekaar hebben gekregen en dat, gezien de mogelijkheden, wellicht school zal maken. Overigens werd het videowapen met smaak en in een gepaste dosering aangewend; het stuurde de voorstelling nooit in de richting van visuele overkill; integendeel, het gaf de handeling vaart en wist de muziek regelmatig te ondersteunen. Tijdens het scenografische hoogtepunt van de avond, Don Giovanni’s champagnearia, werd Mariusz Kwiecien omkaderd door een duizelingwekkende psychedelische maalstroom van videobeelden. Erg goed en heel erg in tune met de bedoelingen van Holten om van Don Giovanni het centrale personage te maken.
Hadden de vrouwen last van opspelende hormonen? Voor Holten is niemand van hen onschuldig. Ook Donna Anna niet. Haar eerste ontmoeting met de (ongemaskerde) Don geniet haar volledige instemming. Hier geen sprake van verkrachting. Ze speldt Don Ottavio dan ook een en ander op de mouw en houdt dat geruime tijd vol. Terwijl deze zijn “Dalla sua pace” aanheft gaat ze stiekem van bil met de Don. Het komt dan ook niet meer als een verrassing wanneer ze aan Don Ottavio later een jaar uitstel vraagt. Zerlina houdt van stoute spelletjes en scheurt haar kleren om een verkrachting te suggereren. Donna Elvira blijft hondstrouw. Zo heeft Holten het stuk heel sterk geconcentreerd op het personage van de Don. Zijn mythisch aura als vrouwenverleider komt er versterkt uit, tegelijk legt Holten facetten van zijn pathologie bloot. Zo zien we beelden van zijn existentiële eenzaamheid. En het spook van de Commendatore dwaalt af en toe door het huis als een voorafschaduwing van de finale nemesis. Die finale werd stevig ingekleurd door de onaardse bas van Alexander Tsymbalyuk, één van de meest overtuigende Commendatores die ik ooit heb gehoord.
De coda waarin de slachtoffers, na Don Giovanni’s hellevaart, hun toekomst onder ogen zien, werd gecoupeerd. De Don zelf werd niet verteerd door vlammen maar staarde met een onbestemde blik in het auditorium als verwikkeld in een ultieme existentiële confrontatie met zichzelf. De eenzaamheid als hel? Sterk.
Was het eerste bedrijf vocaal in orde, in het tweede bedrijf legden alle zangers de lat nog een beetje hoger. Mariusz Kwiecien beschikt over alle talenten voor een perfecte Don. Hij heeft de looks, de beweeglijkheid, het acteertalent, de gave voor nuancering en een warm getimbreerde, krachtige bariton. Het was een fantastisch en doorleefd portret dat hij afleverde, door de camera bijzonder fraai in beeld gebracht. Wie doet beter? Benieuwd of hij ook zal doorgroeien naar het Wagnervak.
Malin Byström reeg de dramatische hoogtepunten aan mekaar. Alex Esposito liet een clowneske Leporello horen. Zijn catalogusaria was van beton. Antonio Poli zong Don Ottavio met iets meer italianita dan gebruikelijk en met alle vereiste dynamische schakeringen. Niettegenstaande een wat aarzelend messa di voce kreeg hij het publiek moeiteloos op zijn hand, meer nog in “Il mio tesoro” dan in “Dalla sua pace”. Veronique Gens was weer eens de ervaren Donna Elvira van dienst. Elizabeth Watts, geen echte soubrette, zong Zerlina met iets teveel stem.
Nicola Luisetti, die zelf ook de continuo partij voor zijn rekening nam, zette van meetaf aan in op een heel gezwind tempo in en bleef dat volhouden tot het einde. Thank God he did.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten