zaterdag 10 december 2016

Elisabeth Stöppler met Der Goldene Drache in Frankfurt (****)

Karen Vuong als De Kleine
© Barbara Aumüller

DE WERELDREIS VAN EEN SNIJTAND

Terwijl een Japanse gelukskat met haar linkerarm naar het binnenkomend publiek wuift, leven leden van het Ensemble Modern zich uit in een culinaire percussieorgie op allerlei keukengereedschap. Welkom in restaurant "De Gouden Draak"!

Peter Eötvös noemt zijn werk geen kameropera maar muziektheater. Het is gebaseerd op een theaterstuk van Roland Schimmelpfennig en loopt in de Bockenheimer Depot, vandaag tevens de thuishaven voor de William Forsythe dancecompany. De partituur bezit de hoogdravendheid van kunstmuziek maar is nooit pretentieus en is op een heel aparte manier ook entertainend. Ze dompelt de toeschouwer in een soort wisselbad waarin aanvankelijk het kabareteske de overhand heeft en later de meer authenthieke gevoelens van ontroering.

De korte proloog wordt gevolgd door 21 korte taferelen. Er zijn meerdere verhaallijnen die tegelijkertijd lopen en in totaal 18 rollen behelzen. Het noopt de 5 acteurs van de cast om voortdurend van personage te wisselen. Finaal is dat redelijk chaotisch maar de personages becommentariëren mekaar voortdurend hetgeen de verstaanbaarheid ten goede komt. De hoofdlijn is die van een jonge Chinees zonder papieren, genaamd "De Kleine", die werkt in het restaurant, op zoek is naar zijn zuster en lijdt aan verschrikkelijke tandpijn. De frequente pijn-vocalises van Karen Vuong zijn best goed geslaagd. Geld om zich te laten behandelen ontbreekt en zijn oom kan niets beter bedenken dan de tand te extraheren met een waterpomptang. De tand vliegt door de lucht en belandt in "Thai-Suppe Nummer 6 mit Hühnerfleisch und pikanter Erdnuss-Sause" die besteld werd door de blonde airhostess Inga. De Kleine zal vervolgens doodbloeden en, gewikkeld in een deken, gedumpt worden in de rivier. Daarvoor zal hij zich nog via een finale aria inbeelden hoe zijn lichaam via de oceaan terugkeert naar China. Eötvös heeft geprobeerd hiervan het koninginnestuk van het werk te maken maar is daar naar mijn mening niet echt in geslaagd.

Daarbovenop wordt de op Aesopus teruggaande fabel van De Mier en De Krekel geprojecteerd. Hier is het de sociale kilte van De Mier die overheerst. Ze verhuurt De Krekel aan andere mieren die haar uitbuiten en in de prostitutie dwingen. Gesuggereerd wordt dat De Krekel, de zuster is van De Kleine. Zo raken de verhaallijnen met mekaar verstrengeld. Het stuk raakt daardoor ook het actuele samenlevingsprobleem aan van illegale migratie in een geglobaliseerde wereld. De auteur was echter zo verstandig om hiervoor Aziaten te kiezen waarvan we weten hoe probleemloos zij integreren in onze samenleving en de twee Aziaten in de cast - Karen Vuong en Ingyun Hwang, zijn wat dat betreft, met hun onberispelijke dictie van het Duits, de perfecte illustratie.
Een derde verhaallijn vond ik minder geslaagd : een jong koppel beleeft stress door een onverwachte zwangerschap. De Grootvader van het meisje zou graag terug jong zijn en de jongen van het koppel verkracht De Krekel.

Alle acteurs zingen met electronische versterking in een declamatorische stijl die soms uitdijnt tot in het arioso. Niemand hoeft zich als vocale krachtpatser voor te doen. Is dat de reden waarom hun prestaties evenwaardig lijken? Hedwig Fassbender als meest ervaren zangeres springt er een beetje uit. Ze heeft ook enkele van de knapste en meest zinnelijke passages te zingen als De Mier.

De 16 muzikanten van het Ensemble Modern o.l.v. Hartmut Keil hebben een uitgebreid percussiearsenaal ter beschikking, ook een piano en orgel, enkele strijkers en de hele saxofoonfamilie maar het zijn toch vooral de hoornist en de fagottist die de interessantste noten de lucht in blazen.


Geen opmerkingen: