donderdag 25 oktober 2012

Siegfried in de Scala van Milaan



CHOREOGRAFIE DER MORPHENDE PIXELS

Het was al weer een hele tijd geleden dat we nog eens een voorstelling vakkundig om zeep hadden zien helpen door een gebrekkige techniek. Ik heb het hier over de reproductie van Siegfried in de Rode Zaal van De Singel van vorige dinsdag. Niets is zo nefast voor de reproductie van een gefilmde operavertoning als een gebrekkige zaalversterking. Je zou denken dat men dat weet in een huis van cultuur als De Singel. Niet dus. Ik kan mij nauwelijks voorstellen dat het signaal dat live vanuit de Milanese Scala werd doorgestraald zulke smalle bandbreedte had. Het geproduceerde geluid was een magere schaduw van zichzelf. Het ontbeerde elke warmte, het bezat geen ziel. Details in het orkest waren nauwelijks te bespeuren. Elk kunstgenot daalt dan stante pede met 50%. Wij durven hopen dat het Toneelhuis deze schanddaad zal rechtzetten voor haar laatste voorstelling in de Bourla (Götterdämmerung). Zoniet moeten we haar verdenken van gebrek aan respect, niet enkel voor haar publiek maar ook voor de eigen artistieke creatie.

Dat de voorstelling in De Singel desondanks wist stand te houden kan een klein mirakel worden genoemd. Deels was dit te wijten aan het talent van de solisten anderzijds aan enkele geslaagde scenografische keuzes van het team rond Guy Cassiers. Met Lance Ryan was Cassiers gezegend met de internationaal meest ervaren Siegfried van het ogenblik. Zijn Siegfried is een synthese van alle Siegfrieds waarmee hij de afgelopen jaren heeft geleefd. Ryan mag dan een eerder metalig geluid produceren waarbij een zekere mate van warmte ontbreekt, zijn vocale deficiënties verdampen in het licht van de volstrekt soevereine manier waarmee hij bezit neemt van de rol. Elk gebaar, elke oogopslag is betekenisvol en geïntegreerd in een consequente en doorleefde vertolking. Van karakter is deze Siegfried een beetje nors en snoeverig zelfbewust, een man met de blik op oneindig, een man zonder innerlijk leven zoals Bernard Williams het ooit uitdrukte. Misschien is dit ook zoals een échte held behoort te zijn of eigenlijk alleen maar kàn zijn? Voortdurend deed de camera zijn voordeel met Ryans geweldige, ik zou haast zeggen, arische looks. Enkele van de meest intieme close-ups waren zondermeer bloedmooi. Met leren jekker en boots was hij ook de enige die door Tim van Steenbergen niet overdressed was geworden.
Ondanks de vele moordende partijen die hij de afgelopen jaren heeft gezongen is er nog geen spoor van sleet te herkennen op zijn vocale mogelijkheden, het occasioneel flakkerend vibrato was vroeger al te horen geweest. Nog steeds haalt hij het einde van de avond alsof hij nauwelijks vermoeid is. Het doet mij vermoeden dat het met zijn techniek best wel goed zit en dat we niet meteen een instorting à la Siegfried Jerusalem hoeven te verwachten.

Het andere sterke punt van deze productie was de optische kwaliteit van de videowall. De hele avond lang kon het achterdoek dienst doen als canvas voor de fantasieën van Kurt D'Haeseleer en Arjen Klerkx . Niet zelden zaten we te kijken op een geanimeerd canvas dat van Anselm Kiefer had kunnen zijn. De maanlandschappen, de stromende watervallen, de vulkanische uitbarstingen, het smeltend lava, de morphende ectoplasma's, het moet in de zaal van de Scala soms vermoeiend zijn geweest om te behappen zoals tijdens het eerste bedrijf toen men de scène met de Wanderer meende te moeten opleuken met een hyperkinetische zwerm vogels. Door die vroege visuele overkill wist men tijdens de euforie van de Schmiedelieder geen echte climax meer te ontwikkelen, ook al vlogen de vonken kwistig in het rond.
De mooiste momenten waren gereserveerd voor de finale van het derde bedrijf. Bij het doorbreken van Brünnhilde's vlammenzee ging de camera haast filmisch tewerk. Hij veroorloofde zich noch meer cinematografische vrijheden door met een zekere regelmaat overvloeiers te creëren tussen de beide solisten en het abstracte materiaal van een tot rust gekomen videowand. Erg mooi allemaal.

Sidi Larbi Cherkaoui's idee om de draak te simuleren met vijf danser en een wervelende rode lap stof was niet echt overtuigend. De dansers vervolgens als een magisch schild om Siegfried heen draperen leverde enkele fraaie beelden op.

"Allzuviele Brünnhilden werden wohl nicht mehr kommen", verklaarde de tot zangeres van het jaar gelauwerde Nina Stemme zopas in Opernwelt. Eigenlijk is ze nog altijd sceptisch over het feit of een volledige Brünnhilde wel bij haar past. Toen ze dat vorig jaar aan een Duits weekblad bekende werd ze door een overijverige journaliste zowat afgemaakt. Je begrijpt waar dat scepticisme vandaan komt. Na afloop leek ze behoorlijk afgepeigerd al had ze wellicht ook doodsangsten uitgestaan om niet van haar rots te donderen. Nee, deze partij leek haar niet te liggen. Of zal ik zeggen: nog niet? Het was een onevenwichtige voordracht waarbij ze meestal klonk als een gepimpte Pamina eerder dan de volbloeds dramatische sopraan die ze behoort te zijn. Net zoals Deborah Voigt in New York zal ze zich in Götterdämmerung allicht meer op haar gemak voelen.

Peter Bronder als Mime wist zijn karakterrol met verve in te vullen. Hij deed dat met zoveel nadruk dat elke syllabe als gebeeldhouwd leek, daarbij kwistig liters speeksel in het rond strooiend. Johannes Martin Kränzle is een absolute miscast als Alberich. De zo voortreffelijke Beckmesser van Glyndebourne lijkt elk talent te ontberen om een vilein personage als Alberich gestalte te geven. Het ritme van de voordracht zat niet juist, het was het ritme van een nerveus stuntelende Beckmesser eerder dan van een berekende, gewetenloze schurk. Ook de donkere, duistere kleur ontbreekt geheel in zijn bariton.
Terje Stensvold was geen adequate vervanger voor Juha Uusitalo en kon maar matig boeien.

De Milanezen honoreerden de voorstelling met niets meer dan een beleefd applaus. Je zag de solisten met een zeker ongeloof het karige applaus in ontvangst nemen. Dat was mijns inziens geheel onterecht maar de toeschouwers in de zaal hadden ook een andere voorstelling gezien dan wij, weliswaar met een merkelijk superieure klank.


Geen opmerkingen: