donderdag 16 juli 2015

Valery Gergiev met LES TROYENS in Baden-Baden (****)


DE TROUWLOZE GREXIT VAN AENEAS

Aan Carolyne Sayn-Wittgenstein, het vriendinnetje van Franz Liszt, hebben we te danken dat Hector Berlioz in april 1856 plaatsnam aan zijn schrijftafel om Les Troyens te componeren. Veertig jaar had het monumentale, op Vergilius teruggrijpende werk in zijn geest gerijpt; twee jaar had hij nodig om de noten neer te pennen. Bedoeld als de culminatie van zijn kunnen, zal hij het werk tijdens zijn leven nochtans nooit te horen krijgen. De lijdensweg die hij moest ondergaan om het werk gespeeld te krijgen in Parijs leest haast als een thriller. Enkel het tweede deel, "Les Troyens à Carthage" zal hij in een gemutileerde vorm opgevoerd zien in het Théâtre-Lyrique, tegenwoordig het Théâtre de la Ville (1863).

Wat Berlioz wellicht niet heeft beseft is dat Sayn-Wittgenstein, die een hekel had aan Wagner, van hem verwachtte dat hij met Les Troyens een alternatieve monumentale compositie zou creëren voor Der Ring des Nibelungen. In "Mein Leben" zal Wagner zijn talent roemen als "ver verheven boven zijn rivalen". U beseft het misschien niet voldoende maar Wagner heeft altijd gelijk.

Wagners kolossale impact op de Westerse cultuur tijdens de tweede helft van de 19e eeuw reduceerde elke componist tot een toondichtende dwerg. Ook Berlioz werd er decennialang door geëclipseerd. Pas na Wereldoorlog II, toen de Wagneresthetiek een verdacht kantje had gekregen, kreeg Berlioz weer nieuwe kansen. Een hele eeuw had het inmiddels geduurd voor Les Troyens voor het eerst integraal zou worden opgevoerd o.l.v. Colin Davis in Londen (1969).

Zowel Berlioz als Valery Gergiev zijn kind aan huis in Baden-Baden. De componist mocht er jaarlijks zijn muziek spelen en hij vandaag is hij de enige componist wiens buste te bespeuren valt in het naar hem genoemde plantsoen naast het Festpielhaus. De maestro fleurt al jaren het zomerfestival op. Met deze concertante uitvoering van Les Troyens konden we de maestro eens goed in de gaten houden.

Mlada Khudoley als Cassandre stelde eerder teleur. De tragische persoonlijkheid van de onfortuinlijke zieneres kon ze maar met mate oproepen, de registerovergangen lukten haar niet probleemloos en het ontbrak haar vooral aan projectie.

Alexei Markov als Chorèbe bevestigde dan weer de uitstekende indruk die hij tijdens de New Yorkse live-transmissie van Iolanta had nagelaten. Zijn prachtige slavische bariton, moeiteloze projectie en charismatische verschijning maken hem duidelijk tot één van mijn favoriete Russische zangers op dit moment.

Het hoogtepunt van het eerste bedrijf was zonder twijfel de "Marche et hymne", wanneer het voortreffelijke koor zich voor het eerst van zijn beste kant laat horen en vervolgens het grandioze octet met dubbelkoor "Châtiment effroyable".
Het orkest musiceerde bijzonder gedisciplineerd en produceerde daardoor vanzelf een heel transparante klank. Andermaal toonde Gergiev zich een meester in de beheersing van de dynamiek. De uitgesponnen clarinetpartij tijdens de pantomime slingerde als een zilverdraad door het auditorium, het verschijnen van de geest van Hector liet hij klinken als een granaatinslag. De akoestiek van het Festspielhaus is zodanig goed dat elk solomomentje van de basclarinet moeiteloos de hele zaal weet te vullen.

Ook het orchestraal hoogtepunt van het vierde bedrijf, het fascinerende "Chasse royal et orage" stelde niet teleur. Het magische septet "Nuit splendide et charmante" voorafgaand aan het liefdesduet klonk heel uitgebalanceerd en plastisch alsof de sterrenhemel ook daadwerkelijk te zien was in het Festspielhaus.

Dmitry Voropaev zong een gave Iopas, enkel de passages met kopstem brachten hem enigszins in de problemen.

Viktor Lutsyuk die Sergei Semishkurverving als Enée heeft een penetrante maar niet onaangenaam getimbreerde tenor. Hij kon bliksemsnel naar een indringend forte overschakelen en herinnerde daardoor aan Jon Vickers en zijn maniërismen. Het duet "Nuit d'ivresse et d'extase infinie , waar de toon uitgesproken lyrisch is, bracht hem nog het meest in de problemen. Hier ontbrak het hem aan voldoende wendbaarheid met intonatieproblemen voor gevolg. Het gechargeerde affect waarmee hij zijn Grexit voorbereidde tijdens zijn afscheidsaria "Inutiles regrets" en het finale duet met de als een gewonde leeuwin agerende Didon was redelijk opwindend.

Heel mooi ook : het lied van Hylas, met veel stem gebracht door Alexander Trofimov.

Ekaterina Semenchuk zong Didon als een hoogdramatische mezzo, iets dat we sinds John-Elliot Gardiner en Susan Graham een beetje vergeten waren. Het borstregister klinkt minder mooi maar in het midden en het hogere register weet ze te projecteren met een grote zinnelijkheid. Daarin volgt ze een beetje het temperament van Olga Borodina. Ze zou een verschroeiende Carmen kunnen zijn die Don José met huid en haar opeet.

Conclusie van deze tweedaagse : ik hoorde een voortreffelijk koor en orkest en zag een heel integere maestro aan het werk die zijn orkest weet te kneden als boter. De verstandhouding met de manschappen van het Mariinsky is totaal en voortaan verkies ik de maestro aan het hoofd van zijn eigen orkest. Een bezoekje aan Sint-Petersburg is daarmee een heel stuk dichterbij gekomen.

Vanaf volgende seizoen zal Valery Gergiev ook aantreden als chefdirigent van de Münchner Philharmoniker en dit voor 5 jaar.

Het volgende rendez-vous met Les Troyens is gepland in Hamburg o.l.v. Kent Nagano in de regie van Michael Thalheimer.

Geen opmerkingen: