maandag 22 oktober 2018

Arpad Schilling met Lohengrin in Stuttgart (***)

Simone Schneider als Elsa
© Matthias Baus
MERK WIE’S ENDET

“Less is more”, wordt wel eens gezegd. Maar het kan ook veel te weinig zijn. Bijvoorbeeld wanneer de regisseur geen vertrouwen heeft in de componist en alles wat zijn romantische geest hem heeft ingefluisterd, onderuit probeert te halen. Regisseur Arpad Schilling steekt niet onder stoelen of banken dat hij een bloedhekel heeft aan charismatische figuren die een heel volk op de been brengen. Hij koketteert graag met de “problematische” situatie in zijn geboorteland Hongarije en met zijn status als “staatsvijand”. De Hongaren worden gemanipuleerd, zegt Schilling, en het idee dat de brede steun die Viktor Orban geniet wel eens de emanatie van de volkswil zou kunnen zijn, komt nog voor geen seconde in zijn hoofd op. Vreemd genoeg wordt het volk in deze Lohengrin door niemand gemanipuleerd. Het is een blinde massa die zijn eigen grillen gehoorzaamt en alle verantwoordelijkheid afwijst: ontredderd bij de aanvang en euforisch bij de opgang van de heilsbrengende volksheld zal het zich in de finale ook terug tegen Elsa keren.

Schilling heeft zijn energie als acteursregisseur dan ook vooral gestoken in de behandeling van het koor en veel minder in de hoofdpersonages. Die krijgen weinig profiel of zelfs helemaal geen zoals de koning die zich enkel vestimentair onderscheidt van het volk door zijn blauwe blazer. De massaschuwe heraut doet zijn ding in een zilveren variétépak en zal zich ook nog even ontpoppen als een acrobaat die op een koffer kan staan.

Schilling is een volbloed Brechtiaan en het hoeft dan ook niet te verwonderen dat hij het werk volledig gestript heeft van zijn romantische lading waardoor grote delen van de tekst niet langer sporen met de partituur. Een goed verstaander weet dan dat hij een vervelende en vermoeiende avond tegemoet ziet.

De kaalslag op het toneel is totaal. Het decor beperkt zich tot een pikzwarte tunnel waarbij het koor via trappen in de diepte kan verdwijnen. Aanvankelijk zijn mannen en vrouwen nog gescheiden. Lohengrin wordt door het volk gebaard. Een pluchen zwaan haalt hij tevoorschijn als kadootje voor Elsa. Het tweegevecht laat de regisseur als een soort Kaukasische Kreidekreis verlopen. Een Gottesgericht is het alvast niet. Het lot van Telramund is in enkele seconden bezegeld doordat het volk zich aan de zijde van hun volksheld schaart. Na Lohengrins overwinning versmelten het mannen en het vrouwenkoor en wordt het samen met de held nog even gezellig als bij een sit-in uit de sixties.

Het duet Ortrud/Telramund is uitstekend maar scènisch blijft het teveel op de vlakte. De temperamentvolle Okka von der Damerau heeft ongetwijfeld meer in haar mars dan wat ze hier toont. In een koffer zeult ze een zwaan met zich mee die ze over het toneel gooit. Speelgoedzwanen vormen een rode draad doorheen de hele voorstelling. Daarna gaat de voorstelling erg vermoeien, zowel scènisch als muzikaal. De binnestebuiten gekeerde vesten van de mannen, uitgespreid over de vloer, simuleren de Schelde. Een in de finale compleet uitgetelde Ortrud eindigt tussen de speelgoedzwanen.

De knullig geregisseerde bruidskamerscène loopt net niet uit de hand wanneer de obese vertolker van Lohengrin zich begint te ontkleden en de bretellen viert. Telramund die de kamer binnensluipt wordt zonder de minste weerstand met een mes afgemaakt. En wat vindt de inmiddels gedeprimeerde Lohengrin onder het bed van zijn mislukte huwelijksnacht: speelgoedzwanen !

Hoorden we de nieuwe huisdramaturg van de Staatsoper Stuttgart niet zeggen dat Wagner niet meer gespeeld kan worden zoals vroeger? Op dat moment had hij in zijn inleiding het hoofdstukje nationalisme aangesneden. De nationalistische passage van het derde bedrijf is dan ook een echte giller. Vanop een schavot debiteert de koning zijn militaire peptalk voor het koor dat vestimentair is uitgerust met de bonte Primark vrijetijdskledij zoals we die aantreffen op het strand van Blankenberge.

Een nieuwe Führer gunt de regisseur ons niet in de finale. Op de woorden “Seht da den Herzog von Brabant” trekt Ortrud een willekeurige omstaander op het schavot. Onder haar leiding bedreigt het volk Elsa die zich verdedigt met een mes. Dan valt het doek. “Wir haben diese Frau als sehr clever und stark erlebt – und immer wieder hat sie verloren. Am Ende kann sie zeigen, wozu sie in der lage ist. Das ist doch ein Erfolg!”, aldus de regisseur over Ortrud.

De nieuwe GMD van Stuttgart, Cornelius Meister, geen onbekende bij Opera Vlaanderen, heeft de juiste balans nog niet gevonden in het auditorium van de Staatsopera. Hij laat het Staatsorchester Stuttgart een erg mooie, evenwichtige prelude spelen maar hij is ook al te vaak een jonge geweldenaar. Dan differentieert hij dynamisch tussen luid, luider, luidst. Ook het koor klinkt vaak te luid en differentieert ook in dynamisch opzicht naar mijn gevoel te weinig. Toen de kopers de luidruchtige finale van het tweede bedrijf nog eens kwamen versterken vanuit de loges ben ik haast met hoofdpijn in de pauze gevlucht.

Michael König zingt een gave Lohengrin zonder vermoeidheidsverschijnselen. Maar de stem beschikt niet over het timbre en de helderheid voor een ideale Lohengrin. Maar van wie kunnen we dat vandaag wel zeggen? Simone Schneider zingt Elsa zonder veel warmte en met machinaal gedebiteerde frazen. Martin Gantner als Telramund stelde een beetje teleur na de goede indruk die ik van hem had gekregen in Zürich. Dit was weer voortreffelijk gearticuleerd maar van het decor kreeg hij dit keer weinig akoestische steun. Voor Okka von der Damerau was dit een debuut en ze zong een Ortrud van formaat. De dramatische ontladingen waren indrukwekkend, de lyrische momenten gaaf. Goran Juric en Shigeo Ishino konden nauwelijks boeien in hun gedeclasseerde rollen als Koning Heinrich en Heerrufer.

De Stuttgartse Lohengrin is niet bepaald een briljante seizoensstart voor de nieuwe intendant Viktor Schoner. Dat hij een halszaak maakt van het repertoire van de 20e eeuw is een goede zaak en hierin herkennen we de jarenlange medewerker van Gerard Mortier in Salzburg, Parijs en Bochum. We durven hopen op beterschap!



Geen opmerkingen: